vrijdag 16 december 2016

Nieuwmarkt

Martelingen en marktkramen

Een drukte van belang met marktkraampjes, terrassen en hordes mensen: zo kennen we de Nieuwmarkt. Dit straatbeeld verschilt niet zoveel van vroeger. Toch zijn er een aantal dingen cruciaal veranderd. 

Joodse wijk
De Nieuwmarkt ligt in één van de oudste delen van Amsterdam: in de vroegere Joodse wijk. Het ligt in het zogeheten Chinatown, in hartje centrum, tussen de Kloveniersburgwal en de Gelderse kade in. Aan de noordkant grenst het plein aan de Zeedijk, waar Aziatische eettentjes zich vermengen met stamkroegen die al eeuwenlang lijken te bestaan. Aan de zuidkant grenst het plein aan de Sint Antoniesbreestraat. Bovendien grenst de Nieuwmarkt aan de Wallen, waar al sinds de vijftiende eeuw of misschien zelfs eerder, prostitutie plaatsvindt.

De Waag
Het plein dankt zijn naam aan de vele markten die er in de loop van de eeuwen zijn geweest. Het ontstond in 1614 en kenmerkt zich door het middelpunt: de Waag. De Waag was oorspronkelijk de Sint Antoniespoort. Toen de verdedigingsfunctie van deze poort niet meer nodig was, door het verleggen van de stadsgrenzen naar buiten toe, kreeg de poort een nieuwe functie. Door een simpele ingreep: de ruimte tussen de voor- en hoofdpoort overdekt te maken, werd de poort in 1617-1618 verbouwd tot waag. Verschillende gilden vestigden zich in de Waag zoals schilders, smeden en metselaars. De poortjes rondom het gebouw waren de eigen ingangen, boven de poortjes zijn de emblemen hiervan nog steeds te zien.

Nieuwmarkt Amsterdam, Peter Grondhuis from Peter Grondhuis on Vimeo.

Gruwelijkheden
De Nieuwmarkt was niet alleen een gezellige plek. Het plein stond erom bekend dat er lijfstraffen werden voltrokken ‘ten aanschouwe van het volk’. Omstanders zagen dit als echte attracties: geselen, brandmerken en ophangen gebeurden op de Nieuwmarkt en zelfs het terechtstellen onder de guillotine. Deze gruwelijkheden trok mensenmassa’s richting het plein, die zich maar al te graag vergaapten aan de horror. Tijdens de Tweede Wereldoorlog had de Nieuwmarkt opnieuw een gruwelijke functie, want het plein werd door de Duitse bezetter gebruikt als verzamelplaats voor de deportaties van Joodse Amsterdammers.

Nieuwmarktrellen
Nadat de lijfstraffen allang verleden tijd waren, was de rust op het plein nog ver te zoeken. De ‘Nieuwmarktrellen’ in 1975 zijn een bekend fenomeen, waarbij bewoners protesteerden tegen het afbreken van huizen voor de aanleg van de metro. “Geen buizen, maar huizen”, was een veelgehoorde slogan. Opvallend genoeg is het straatbeeld tot op de dag van vandaag historisch, met prachtige panden uit onder andere de zeventiende en achttiende eeuw. Kunstwerken die herinneren aan deze rumoerige tijd zijn nog altijd te zien in het metrostation ‘Nieuwmarkt’. 

Nieuw leven
Na een tijd te zijn gebruikt als parkeerplaats, kreeg de Nieuwmarkt begin jaren ’90 van de twintigste eeuw eindelijk nieuw leven ingeblazen. Het plein werd bewust ingericht als stadsplein met verschillende horecagelegenheden én opnieuw een dagelijkse markt. Daarbij werd de Waag gerenoveerd en sinds 1996 als restaurant ‘In de Waag’ in gebruik genomen.

Vroeger en nu ineen

Bij het zien van de gezellige drukte op de terrassen rond het plein, lijken de onrust en wreedheden die zich hier hebben afgespeeld, ver weg. Toch ademt de Nieuwmarkt geschiedenis en voel je dat hier veel is gebeurd. De Nieuwmarkt is vroeger en nu ineen. Een plein dat veel heeft meegemaakt, maar zeker niet slecht uit de strijd is gekomen. Een plein om trots op te zijn: met de monumentale Waag als baken in het midden.  

dinsdag 13 december 2016

Museumplein

Historisch én modern

Een levendig en groen plein, waar veel Amsterdammers graag toeven: zo kennen we het Museumplein van nu. Dit wereldberoemde plein is niet altijd zo geweest, het heeft in de loop van de tijd grote veranderingen doorgemaakt.

Wereldtentoonstelling
Het Museumplein ontstond in 1883, toen de Wereldtentoonstelling in Amsterdam plaatsvond. De plek die hiervoor werd uitgezocht lag in Amsterdam-Zuid, aan de Van Baerlestraat. Toen de Wereldtentoonstelling voorbij was, zag iedereen dat dit dé plek was voor een plein. Zo gezegd, zo gedaan. Toen in 1885 het Rijksmuseum er zijn deuren opende, was het ‘Museumplein’ geboren, maar pas 18 jaar later werd deze naam officieel vastgelegd.

Bunkers
Een Museumplein met maar één museum kon natuurlijk niet: in de loop van de tijd vestigden zich dan ook andere musea aan het plein. Eerst het Stedelijk museum in 1895 en later het Van Gogh museum in 1973. In de begintijd was het een vrij kale vlakte, afgezien van het gebouw van de Amsterdamse IJsclub. Opvallend is dat tijdens de Tweede Wereldoorlog Duitse bunkers werden gebouwd op het plein. Dat kun je je nu bijna niet meer voorstellen, als je naar de groene grasvelden en vrolijke groepjes mensen kijkt. Na de oorlog werden de bunkers met geweldige explosies opgeblazen. Omdat het stadsbestuur eerst bang was dat het hele plein zou worden verwoest, durfden ze dit pas in 1953 aan.

Transformatie
De grote transformatie van het Museumplein vond tientallen jaren na de verwijdering van de bunkers plaats. In 1999 werd het opnieuw ingericht door de Zweedse landschapsarchitect Sven Ingvar Andersson. Schuin tegenover het Concertgebouw kwam een ondergrondse parkeergarage en een ondergrondse supermarkt. Hierboven ontstond het ‘ezelsoor’ dat we nu zo goed kennen: een schuin oplopend stuk gras. Ruime grasvelden met brede voetpaden sieren het plein nu, rond een grote vijver tegenover het Rijksmuseum. 

Het Museumplein veranderde, kort door de bocht gezegd, van een bestraat plein met bomen tot open grasvelden met voetpaden en een vijver. Het plein werd ruimtelijk en licht in plaats van somber en grijs. Voor veel mensen is het dan ook een geliefde plek. Op de terrassen, de vele bankjes, maar ook in het gras is het bij mooi weer een gezellige drukte. Zelfs in de winter is het Museumplein verre van verlaten en stil: zoals er vroeger al werd geschaatst door de Amsterdamse IJsclub, is er ook nu nog een ijsbaan te vinden, die in de winter wordt opgebouwd ín de vijver.

Museumpark - Peter Grondhuis from Peter Grondhuis on Vimeo.

Moderne aanbouw
Het Concertgebouw uit 1888 aan de van Baerlestraat, tegenover het Museumplein, is de moeite waard om nog los te noemen. Het gebouw heeft namelijk, net als het plein zelf, een grote verandering doorgemaakt. In de jaren tachtig van de twintigste eeuw is het grootschalig gerenoveerd. Een opvallende, moderne aanbouw werd aan de oostzijde van het gebouw geplaatst, ontworpen door architect Pi de Bruijn. Deze aanbouw zorgde voor verschillende reacties. Sommige Amsterdammers vinden het: “vreselijk, zo’n modern ontwerp aan een historisch pand”, anderen vinden het juist: “bijzonder, deze combinatie van oud & nieuw”. Een vergelijkbare, grootschalige verbouwing vond een aantal jaren geleden plaats bij het Stedelijk Museum. Een moderne, witte aanbouw van architect Mels Crouwel: ‘de badkuip’, zoals het in de volksmond wordt genoemd, werd aan het oorspronkelijke gebouw geplaatst. En ja hoor, de reacties op deze nieuwbouw zijn precies hetzelfde als bij het Concertgebouw. Meningen verschillen nu eenmaal.


Historisch én modern
Het Museumplein is een plein met historie én veel moderne aspecten. De combinatie daarvan is kenmerkend voor dit Amsterdamse plein. Een plein dat in de loop van de jaren veranderde, maar tóch zichzelf bleef. Een plein met karakter en gezelligheid, waar cultuur en ontspanning elkaar afwisselen. Kortom: een typisch Amsterdams plein.  

vrijdag 9 december 2016

Onontdekte pareltjes

Het Kastanjeplein en het Valeriusplein

Beroemde pleinen zoals het Museumplein en de Nieuwmarkt kent iedereen, maar Amsterdam heeft ook prachtige pleinen die minder bekend zijn. Twee daarvan zijn het monumentale Kastanjeplein en het groene Valeriusplein. Dit laatste plein heeft een verrassing in petto. 

Kastanjebomen

In Amsterdam-Oost ligt een verscholen pareltje. Als je door de prachtige, historische straten langs het Oosterpark loopt, dient het Kastanjeplein zich zomaar aan. Hier staan 14 monumentale kastanjebomen, die onmiddellijk opvallen. Alhoewel het plein door sommige Amsterdammers als mooiste plein van de stad wordt gezien, is het relatief onbekend. Het Kastanjeplein wordt, op sommige nieuwbouw na, omringd door historische panden.

Inrichting van het plein

Niet alleen de naam van het plein is op de bomen gebaseerd, maar ook de inrichting. Met het oog op het historische karakter, is het plein in 2003 verrijkt met een kunstwerk. Op een open en lichte plek op het plein ligt een grote, bronzen kastanjenoot met vier losse schillen er omheen. Deze worden als bankjes gebruikt of als klimtoestellen door kinderen. De naam ‘Kastanjeplein’ kreeg door dit project nog meer recht dan zij al had. 

Onontdekte pareltjes - Peter Grondhuis from Peter Grondhuis on Vimeo.

De Amsterdamse school

Een plein dat voor Amsterdammers waarschijnlijk bekender is dan het Kastanjeplein, is het Valeriusplein in Amsterdam-Zuid. Dit plein is genoemd naar de beroemde Nederlandse dichter en componist Adriaen Valerius (1570-1625). Het plein kenmerkt zich door de invloed van de Amsterdamse School. Deze invloed is niet alleen duidelijk te zien in een aantal panden rondom het plein maar ook in het tegenover liggende Amsterdams Lyceum uit 1917. Dit lyceum is ontworpen door architect en ondernemer H.A.J. Baanders, een bekende naam van de Amsterdamse school.

Verborgen in het landschap

Behalve de abstracte sculptuur van Henk Zweerus, die in 1960 midden op het plein is geplaatst, lijkt het ruime grasveld, op wat bankjes en een klimrek na, leeg. Niets is minder waar: als je naar de achterkant van het plein loopt, doemen ineens twee witte gebouwtjes op. Dit zijn voormalige privaathuisjes, oftewel: openbare toiletten, die half onder de grond verborgen liggen.

De prachtige, witte huisjes met gekrulde vormen zijn twee hoogstandjes van de Amsterdamse school. Ze zijn ontworpen door de beroemde architect Jan de Meijer in 1922. Om vandalisme te voorkomen waren de ingangen in de jaren ’80 van de twintigste eeuw volgestort met aarde, wat de huisjes in de loop van de jaren geen goed heeft gedaan. Toch wist een ondernemer de privaathuisjes een paar jaar geleden, samen met Stadsherstel, te renoveren. Een groter contrast met de oorspronkelijke bestemming van de gebouwen is bijna niet denkbaar: in het ene huisje is een consultancy kantoor gevestigd en in het andere een modellenbureau.

Onontdekte pareltjes

De grote publiekstrekkers zoals de Nieuwmarkt, het Museumplein en het Leidseplein hoeven voor de publiciteit niet in de aandacht te worden gezet. Deze pleinen zijn zo bekend dat iedereen ze weet te vinden. In tegenstelling tot pleinen zoals het Kastanjeplein of het Valeriusplein, bovendien heeft Amsterdam behalve deze twee voorbeelden nog vele andere te bieden. Wat deze pleinen juist zo bijzonder maakt, is dat ze ‘onontdekt’ zijn. Tijdens een wandeling in Amsterdam, kun je zomaar op zo’n pareltje stuiten. Ernaar op zoek gaan, is natuurlijk ook een aanrader: ze zijn, allemaal op hun eigen manier, zéér de moeite waard.